Language/Portuguese/Vocabulary/Food/nl

Uit Polyglot Club WIKI
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
This lesson can still be improved. EDIT IT NOW! & become VIP
Rate this lesson:
0.00
(0 stemmen)

Portuguese-europe-brazil-polyglotclub.png
PortugeesWoordenschat0 tot A1-cursusEten

Niveau 1[bewerken | brontekst bewerken]

Basiswoordenschat[bewerken | brontekst bewerken]

Voordat we beginnen met het leren van Portugese woorden die te maken hebben met eten, laten we eerst eens kijken naar enkele basiswoorden die u zullen helpen bij het bestellen van eten in een restaurant.

  • Sim - ja
  • Não - nee
  • Por favor - alstublieft
  • Obrigado/Obrigada - bedankt (mannelijk/vrouwelijk)
  • De nada - graag gedaan

Drankjes[bewerken | brontekst bewerken]

Laten we beginnen met het leren van enkele Portugese woorden voor drankjes.

Portugees Uitspraak Nederlands
Água AH-gwuh water
Cerveja seu(r)-VEH-juh bier
Vinho VEEN-yoo wijn
Refrigerante ree-fru-zhee-ruhn-TI frisdrank

Voorgerechten[bewerken | brontekst bewerken]

Hier zijn enkele Portugese woorden voor voorgerechten.

Portugees Uitspraak Nederlands
Sopa SOH-puh soep
Salada suh-LAH-duh salade
Pão pow brood

Hoofdgerechten[bewerken | brontekst bewerken]

Laten we nu enkele Portugese woorden leren voor hoofdgerechten.

Portugees Uitspraak Nederlands
Peixe PAY-shuh vis
Carne KAHR-nuh vlees
Frango FRAHN-goo kip
Vegetariano veh-zhee-tuh-ree-AH-noo vegetarisch

Bijgerechten[bewerken | brontekst bewerken]

Hier zijn enkele Portugese woorden voor bijgerechten.

Portugees Uitspraak Nederlands
Arroz uh-HOHSH rijst
Batata buh-TAH-tuh aardappel
Legumes leh-GOO-mesh groenten

Desserts[bewerken | brontekst bewerken]

Tot slot, hier zijn enkele Portugese woorden voor desserts.

Portugees Uitspraak Nederlands
Bolo BOH-loo taart
Sorvete sor-VEH-ti ijs
Fruta FROO-tuh fruit

Niveau 2[bewerken | brontekst bewerken]

Zinnen en uitdrukkingen[bewerken | brontekst bewerken]

Nu we wat basiswoordenschat hebben geleerd, laten we eens kijken naar enkele zinnen en uitdrukkingen die u kunt gebruiken bij het bestellen van eten in een restaurant.

  • Eu gostaria de um... - Ik zou graag een... willen.
  • Por favor, pode me trazer... - Kunt u mij alstublieft... brengen?
  • A conta, por favor. - De rekening, alstublieft.
  • Está muito bom. - Het is erg lekker.
  • Com licença. - Excuseer mij.

Een menu bestellen[bewerken | brontekst bewerken]

Hier is een voorbeeld van hoe u een menu kunt bestellen in een Portugees restaurant:

  • Eu gostaria de um prato vegetariano, por favor. - Ik zou graag een vegetarisch gerecht willen, alstublieft.
  • Para beber, eu gostaria de uma cerveja. - Als drinken zou ik graag een biertje willen.
  • De sobremesa, eu gostaria de sorvete. - Voor het dessert zou ik graag ijs willen.

Niveau 3[bewerken | brontekst bewerken]

Cultuur en interessante feiten[bewerken | brontekst bewerken]

Portugal staat bekend om zijn heerlijke eten en wijn. Een van de bekendste gerechten uit Portugal is de Bacalhau, oftewel gezouten kabeljauw. Er wordt gezegd dat er in Portugal meer dan 1000 verschillende manieren zijn om Bacalhau te bereiden!

Een ander bekend gerecht uit Portugal is de Francesinha, een sandwich die is gevuld met vlees, worst en kaas en wordt geserveerd met een pittige tomatensaus en frietjes.

Portugal produceert ook enkele van de beste wijnen ter wereld, waaronder de Port en de Vinho Verde. De Portwijn wordt geproduceerd in de Douro-vallei in het noorden van Portugal en is een van de meest bekende Portugese wijnen.

Afsluiting[bewerken | brontekst bewerken]

We hopen dat u deze les nuttig vond bij het leren van Portugese woorden over eten. Vergeet niet om te oefenen en deze woorden te gebruiken wanneer u de volgende keer uit eten gaat in een Portugees restaurant!

Inhoudsopgave - Portugese Cursus - 0 tot A1[brontekst bewerken]


Unit 1: Begroetingen en Basisuitdrukkingen


Unit 2: Werkwoorden - Tegenwoordige Tijd


Unit 3: Familie en Beschrijvingen


Unit 4: Werkwoorden - Toekomende en Voorwaardelijke Tijden


Unit 5: Portugese sprekende landen en culturen


Unit 6: Eten en drinken


Unit 7: Werkwoorden - Verleden Tijd


Unit 8: Reizen en Transport


Unit 9: Onbepaalde Voornaamwoorden en Voorzetsels


Unit 10: Gezondheid en Noodgevallen


Andere lessen[bewerken | brontekst bewerken]


Contributors

Maintenance script


Create a new Lesson